Zaterdag en zondag hebben we met succes de Lobuche east beklommen van 6100 mtr. Het was in alle opzichten een geslaagde klim. Vanaf het dorpje Lobuche op 4900 meter zijn wie via een puinhelling naar highcamp gelopen. Een verzameling tenten op 5200 mtr. Nadat de wekker ’s nachts om 2.30 is gegaan probeer ik wat eten naar binnen te drukken. Over besneeuwde rotsen klimmen we hoger en hoger. Het moment waar ik maar uitgekeken heb breekt aan, de zonsopgang. Om mij heen zet de opkomende zon de bergen om ons heen in een schitterend licht. Kort daarvoor is het nog bitter koud. Zelfs met mijn dikke donskledimg en wanten aan voel ik dat mijn vingers gevoelloos worden. De wind trekt even een beetje aan. Tot overmaat van ramp voel ik aandrang om uit broek te gaan. Niet nu!

Via een stijle helling waar een vast touw aanvastgemaakt is klimmen we door. Plotseling staan we op de top. Om mij heen zie ik de mooiste bergen met een zaagtandprofielmlangs de horizon liggen. Het weer is goed nu. Ik geniet met volle teugen van de 45 minuten die we op de doorbrengen. Hiervoor ben ik naar de Himalaya gekomen, hier ligt mij hart!
Op de top lopen we Tim Medvez tegen het lijf, bekend van de Discovery serie Everest bevond the limit. Tim is Amerikaanse bikker voor de kenners.
Modules is op 5600 meter al omgedraaid met vage klachten. Ik vraag mij af of hij in staat gaat zijn om de top te halen. De tijd gaat het leren! Expeditiegenoot Jerry maakt een misstap, en loopt hierdoor een blessure op die ergens tussen een spierverrekking en spierscheuring zal zitten. Met de nodige moeite weet hij beneden te komen. Ook hier zal de tijd leren wat de gevolgen zullen zijn.

Terug in Lobuche wacht een aangename verassing, voor het eerst is al mijn bagage weer compleet. In Kathmandu zag ik het voor het laatst. Kort voor de klim duikt alles weer op, behalve een van mijn bagagestukken. Daardoor moet ik de Lobuche beklimmen met een samenraapsel van geleende spullen. Waaronder een paar schoenen van de keukenjongen, die op het oog al tientallen jaren oud zijn. Maat het gaat prima!

Ondertussen blijft het ongeluk op de Everest de gemoederen bezig houden. Op mijn voicemail staan diverse landelijke media uit Nederland en België, die allemaal meer informatie willen. Natuurlijk laait de discussie over commerciële expedities ook weer op. Dit jaar zijn er ongeveer 1200 mensen op Everest basecamp. Grofweg 400 klimmers en 800 sherpa’s. In de loop van de jarenlang het aantal expedities toegenomen, maar ook de het comfortniveau. Het zorgt ervoor dat met name sherpa’s vaker door de gevaarlijke Khumbu icefall moeten. Je hoeft geen statistisch wonder te zijn om te beseffen dat de kans op ongelukken dan ook groter wordt. Soms gaan sherpa’s met een tank gas om camp 2 te kunnen verwarmen… Ik denk niet dat al die luxe nodig is. Onze expeditie is een stuk soberder, maar bottomline nemen ook onze sherpa’s risico’s om onze droom waar te kunnen maken. Anderzijds, niemand wordt gedwongen om de Everest op te gaan. Ook sherpa’s niet. Het is voor hun een goedbetaalde baan, net westerse klimmers hebben genoeg sherpa’s ook een passie voor de bergen. Buitengewoon triest is het in de eerste plaats.

Maandag is het dan eindelijk zover, we gaan de laaste etappe lopen naar Everest basecamp. Ik kijk er naar uit!